Een nieuwe start bij Eerstelingen

De derde van de zeven grote of heilige feesten is Eerstelingen. In het Hebreeuws wordt deze dag Sfirat ha’omer (eerstelingen van de oogst) of Jom habikkoerim (dag van de korven) genoemd. Het feest valt binnen de dagen van Ongezuurde Broden, volgens de huidige Joodse kalender op 16 Nisan. In 2017 is dat op 12 april. De instructies voor dit feest kun je vinden in Leviticus 23:9-14.

Kloppen de data?
Het valt te betwijfelen of de datum waarop Eerstelingen door de Joden wordt gevierd wel klopt met de Bijbelse voorschriften. De Bijbel zegt namelijk dat Eerstelingen op de dag na de Sabbat die volgt op Pesach gevierd moest worden (Leviticus 23:11). Sommige Joden gaan er vanuit dat hier met Sabbat de Hoog-Sabbat wordt bedoeld, dat is de eerste dag van Ongezuurde Broden. In dat geval zou Eerstelingen inderdaad altijd op 16 Nisan moeten worden gevierd en het Wekenfeest 50 dagen later, op 6 Sivan. Anderen geloven echter dat met Sabbat in Leviticus 23:11 de gewone Sabbat wordt bedoeld. In dat geval valt Eerstelingen dus altijd op zondag en het Wekenfeest ook. Zelf neig ik ook meer naar deze laatste optie omdat in Leviticus 23:16 wordt gezegd dat het Wekenfeest ook op de dag na Sabbat moet plaatsvinden en deze keer is er geen Hoog-Sabbat waarover gesproken kan worden. Het probleem van deze laatste en meest waarschijnlijke optie is dat beide feesten dan steeds op wisselende data vallen, dit kan organisatorisch lastig zijn in de huidige maatschappij. Wellicht is er daarom ook voor gekozen om een vaste datum te bepalen voor het vieren van de beide feesten.

Wat betekent Eerstelingen?
Op de dag der Eerstelingen werd de eerste garve of schoof van de oogst naar de tempel gebracht. De priester moest het offer daar voor Gods aangezicht bewegen. Hij hief het op en zwaaide het heen en weer, alsof hij het aan God aanbood. Deze oogst betreft de allereerste oogst van het jaar. De graansoort die dan rijp is, is gerst. Eerstelingen is als het ware de opening van het oogstseizoen. In Deuteronomium 16:16-17 lezen we dat Ongezuurde Broden een pelgrimsfeest is, waarbij de mannen dus naar Jeruzalem moesten gaan. Omdat Eerstelingen binnen deze dagen valt, weten we dat de mannen dus met het eerste deel van hun gerstoogst naar de tempel kwamen om het speciaal op deze dag aan God aan te bieden.

Hoe ziet het feest eruit?
In tegenstelling tot Pesach en Ongezuurde Broden, zijn er weinig instructies voor Eerstelingen in de Bijbel te vinden. Wat wel bekend is, beschrijf ik hieronder.

Het brengen van de eerste schoof (Leviticus 23:10,14)
De Israëlieten moesten de eerste schoof van de totale gerstoogst naar de priester brengen. We weten dat dit feest altijd valt binnen de dagen van Ongezuurde Broden, wat een pelgrimsfeest is. De mannen moesten dus met een schoof gerst naar Jeruzalem komen. Voordat dit offer gebracht was, mochten zij nog niets van de oogst hebben gegeten (Leviticus 23:14). Omdat het de eerste schoof was die zij brachten, betekende dit dat de rest van de rijpe oogst nog op het veld stond. Menselijk bekeken liepen zij dus een groot risico dat hun oogst werd geroofd of beschadigd. Gelukkig had God eerder al beloofd dat Hij hun land zou beschermen tijdens hun tocht naar Jeruzalem (Exodus 34:24).

Het aanbieden van de eerste schoof (Leviticus 23:11-13)
De priester moest de schoof gerst voor het aangezicht van God bewegen. Dit bewegen was een soort heen en weer zwaaien. Het is een gebaar van aanbieden uit dankbaarheid dat God weer voor een goede oogst had gezorgd. Naast het bewegen van de schoof moest ook een gaaf eenjarig schaap als brandoffer, ongezuurd brood van twee tienden fijn meel en olie als spijsoffer en een vierde hin wijn als plengoffer worden gebracht.

Welke profetische beelden zie je in het feest?
Ondanks we in de boeken van Mozes niet zoveel instructies voor Eerstelingen kunnen vinden, wordt ons in het Nieuwe Testament toch duidelijk welke profetische boodschap er in dit feest verborgen ligt.

Het brengen van de eerste schoof
Jezus stierf tijdens Pesach. Johannes 20:1 maakt ons duidelijk dat Hij op de vroege morgen van de eerste dag der week (zondag) is opgestaan. Jezus zelf heeft gezegd dat Hij, net als Jona in de buik van het zeemonster, drie dagen en drie nachten in het graf zou zijn (Mattheüs 12:40). Op de derde dag is Hij uit de dood opgewekt (1 Korinthiërs 15:4). Als die derde dag dus op zondag was, was de eerste dag op vrijdag en moet hij dus gestorven zijn op donderdagavond. Zoals we in Leviticus kunnen lezen, zou Eerstelingen plaatsvinden op de eerste dag na de sabbat die volgt op Pesach, dat is dus altijd op zondag. De Bijbel maakt ons dus duidelijk dat Jezus exact op Eerstelingen is opgestaan. Paulus uitspraak dat Christus als Eersteling uit de doden is opgestaan, bevestigd dit (1 Korinthiërs 15:20-23). Als Paulus Christus de Eersteling noemt, is de schoof gerst dus een heenwijzing naar Hem. Zoals die eerste schoof van de gerstoogst naar de tempel moest worden gebracht, zo werd Jezus als Eersteling uit de dood opgewekt. Zoals de rest van de gerst later geoogst zou worden, zo stonden er ook meer gelovigen op uit de dood (Mattheüs 27:52) en zullen er ook in de toekomst meer opstaan (1 Korintiërs 15:23).

Het aanbieden van de eerste schoof
Alhoewel het in de Evangeliën niet heel duidelijk wordt omschreven is er een passage waaruit blijkt dat er na Jezus opstanding iets bijzonders gebeurde. In Johannes 20:17 staat beschreven hoe Jezus Maria verbiedt hem aan te raken of vast te houden, omdat Hij nog niet is opgevaren naar de Vader. We weten ook dat Thomas later wel zijn handen mag aanraken, waaruit we kunnen opmaken dat Jezus hier dus niet zijn hemelvaart bedoelde, die pas 40 dagen later zou plaatsvinden. Omdat Jezus met zijn sterven en opstanding precies de lijn van de feesten volgde, kunnen we veronderstellen dat Hij na zijn opstanding voor de Vader is verschenen. Net als de schoof gerst is Hij dan aangeboden of bewogen als Eersteling. Hoe dit precies in zijn werk ging, kunnen wij natuurlijk niet weten, het staat immers niet beschreven.

We weten dat de schoof gerst geofferd moest worden samen met een schaap, ongezuurd brood en wijn. Ook deze andere offers wijzen naar wat Jezus gedaan heeft. Bij Pesach wordt al duidelijk dat hij dat gave Offerlam is. Ook heeft Hij duidelijk gemaakt dat het brood dat gebroken wordt, wijst op zijn lichaam dat verbroken zou worden en de wijn naar zijn bloed dat uitgestort zou worden. Bij het Eerstelingenfeest moest een vierde hin wijn als plengoffer worden gebracht. Een plengoffer werd gesprenkeld over het altaar. Wellicht is het wat vergezocht maar een hin is ongeveer 5,5 liter, dat is ook de hoeveelheid bloed die een gemiddeld mens in zich heeft. We weten dat Jezus ook zijn bloed heeft uitgestort als een soort plengoffer. Als Jezus ook een vierde van zijn bloed zou hebben verloren, zou dat in combinatie met de verschrikkelijke pijn zeker dodelijk geweest kunnen zijn.

Wat betekent het feest voor ons?
Als Jezus de Eersteling was die opstond uit de dood, ligt daarin een belofte voor ons. Wij zullen ook opstaan uit de dood als Hij terugkomt, mits we bij Hem horen (1 Korinthiërs 15:23,52). Om deze reden zegt Paulus dat wij ook niet hoeven te treuren als een gelovige overlijdt (1 Thessalonicenzen 4:13-14).

Als we weer even kijken naar het volk Israël en hun reis uit Egypte, dan kunnen we zien dat zij rond Eerstelingen bij de rode zee waren. De instructies voor dit feest maken duidelijk dat zij dit feest pas hoefden te vieren wanneer zij in het beloofde land zouden zijn, eerder zou er immers ook geen sprake kunnen zijn van een gerstoogst. Ondanks dat zij dit feest dus nog niet hoefden te vieren, gebeuren er ten tijde van het feest toch bijzondere dingen die ook heenwijzen naar het sterven en opstaan van Jezus. Het volk trekt namelijk door de rode zee, waarin Farao met zijn leger verdrinkt (Exodus 15:4-5). Deze doortocht door de rode zee wordt door Paulus een doop genoemd (1 Korintiërs 10:2). Het was dus een doop, waarbij de grote tegenstander verdronk en het volk aan de overkant op het droge ging, in vrijheid. Je zou kunnen zeggen dat met het sterven van de Farao, ook de oude identiteit van de Israëlieten stierf, ze hadden daarna immers niets meer om naar terug te gaan. Hun oude eigenaar was dood. Dit afsterven van de oude identiteit en het opstaan in nieuwheid van leven gebeurd ook bij ons als we ons laten dopen. In Romeinen 6:4 zegt Paulus:

Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, gelijk Christus uit de doden opgewekt is door de majesteit des Vaders, zo ook wij in nieuwheid des levens zouden wandelen.

Paulus verbindt dus zowel de doortocht door de rode zee, als de dood van Jezus met de doop. Ondanks dat we dus niet heel duidelijk kunnen lezen dat de doortocht exact op Eerstelingen plaatsvond, ben ik van mening dat we die lijn wel mogen trekken. Zoals de eerste schoof gerst bewogen moest worden, zo stond Christus op als Eersteling uit de dood, zo ging ook het volk Israël op het droge, bevrijd van hun slavendrijver en zo mogen ook wij sterven, opstaan en wandelen in nieuwheid van leven, bevrijd van onze oude slavendrijver (Romeinen 6:22 en 8:2). Zoals het volk Israël hierna de woestijn door ging, op weg naar het beloofde land, zo gaan ook wij op weg naar onze bestemming.

Hoe moet ik dit feest vieren?
Eerstelingen staat allereerst in het teken van Jezus opstanding, een krachtige en hoopvolle gebeurtenis. Doordat Hij is opgestaan kunnen wij daadwerkelijk gaan wandelen in nieuwheid van leven. Dit betekend dat we kunnen veranderen. We zijn niet langer in de macht van de zonde en van de dood, maar we kunnen nu gaan kiezen om het goede te doen, door de kracht en de leiding van de Heilige Geest. Dit betekent dat we echt van zonden verlost kunnen worden. Alhoewel we tot aan onze dood af en toe zullen struikelen (1 Johannes 1:8), is het mogelijk dat dit steeds minder voorkomt en dat we daadwerkelijk specifieke zonden definitief achter ons laten. Het geestelijke aspect van Eerstelingen kun je dus vieren door hieraan te denken en te onderzoeken in hoeverre je wandelt in nieuwheid van leven.

Een andere belangrijke gebeurtenis die we kunnen verbinden aan Eerstelingen is de doop. Zoals het volk door de rode zee ging en als het ware gewassen werd van het oude, ofwel Egypte, zo worden wij bij onze doop ook gewassen van het oude, ofwel de zonde. Het is niet een afwassen van lichamelijke onreinheden maar het is als het ware een vraag om een rein geweten, zegt Petrus (1 Petrus 3:21). De doop is dus als het ware een hele praktische viering van Eerstelingen.

Zoals het volk Israël het eerste deel van hun oogst aan God moest offeren, zo worden ook wij opgeroepen om goede gaven te geven. Paulus verbindt financiële giften zelfs met zaaien en oogsten (2 Korinthiërs 9:5-6). Als het volk Israël wordt opgeroepen om allereerst een deel voor God apart te zetten en dan pas aandacht te besteden aan de rest van de oogst, zit hier ongetwijfeld ook een les voor ons in. Vaak geven wij het laatste beetje geld en energie wat we over hebben, terwijl God het juist verdient om het eerste deel te krijgen. Wil je Eerstelingen geestelijk vieren, denk hier dan eens aan bij een collecte of de tijd die je voor God apart zet.

Als je ook praktisch invulling wil geven aan dit feest, verwijs ik je naar de vele al beschikbare bronnen.

Conclusie
Eerstelingen verwijst naar de opstanding van Jezus als Eersteling, hierin ligt een geweldige belofte voor degenen die bij Hem horen; zij zullen ook opstaan op de dag dat Hij terugkomt. Ook verwijst het feest naar de doop. Bij de doop sterven wij als het ware aan onze oude identiteit. We worden vrij van de macht van de zonde en de dood en kunnen gaan wandelen in nieuwheid van leven. Dit betekent dus dat we gaan veranderen; we gaan meer en meer op Jezus lijken. Wil je dit feest vieren, denk dan vooral aan deze geweldige, hoopvolle gebeurtenissen en onderzoek in hoeverre jij wandelt in nieuwheid van leven.