Verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en de vrije wil

In het dagelijks leven is verantwoordelijkheid vanzelfsprekend. We rekenen mensen vaak af op de keuzes die zij maken, ervan uitgaande dat zij die maken uit vrije wil. Normaal gesproken belonen en straffen wij mensen voor respectievelijk het goede en kwade dat zij doen. Wanneer iemand iets niet uit vrij wil doet, maar bijvoorbeeld onder druk of per ongeluk, dan houden we die persoon normaal gesproken niet verantwoordelijk. Ik geloof dat dit geldt voor elke cultuur in alle landen, ook al wordt er heel verschillend gedacht over wat goed of kwaad is.

Als we het hebben over redding, geloven vele Christenen dat zij een vrije wil hebben en daarom verantwoordelijk zijn voor het al dan niet aannemen van Jezus Christus als persoonlijke Heer en Verlosser (zie bijv. Johannes 1:12, 3:18). Anderen geloven dat we helemaal geen vrij wil hebben, maar toch verantwoordelijk zijn voor de keuzes die we maken en zonde die we bedrijven. Ze beweren dat onze wil slaaf is van de zonde en dat we daarom niets anders kunnen doen dan zondigen (zie bijv. Romeinen 8:8). Of een persoon al dan niet gered wordt, hangt volgens hen volledig van God af. Beide groepen zijn het er min of meer over eens dat God eenieder ter verantwoording roept en zal oordelen op de dag des oordeels.

Stel je eens voor dat iemand je verantwoordelijkheid geeft in een belangrijke zaak, maar het ontbreekt je volledig aan de mogelijkheid om invloed uit te oefenen over het verloop ervan. Hoogstwaarschijnlijk zal je het onrechtvaardig vinden als je aansprakelijk wordt gehouden voor de uitkomst van de zaak. Maar kan dit zo zijn met betrekking tot onze redding? Kan God rechtvaardig zijn en ons toch verantwoordelijk houden voor iets waar we geen zeggenschap in hebben? Of zijn we gewoon niet in staat om dit alles te bevatten, omdat Hij oneindig veel wijzer is?

Onze hoge waardering van verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en vrije wil

Voor we de Bijbel openen, kunnen we iets zeggen over onze waardering van verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en de vrije wil. Wanneer ik aan de fijne mensen denk die ik in mijn leven heb ontmoet, zijn dit meestal degenen met een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Zij zijn de goede leraren, talentvolle arbeiders en welgemanierde kinderen. Het zijn mensen die je kunt vertrouwen en op wie je kunt bouwen. Zij proberen het goede te doen en wanneer ze falen nemen ze hun verantwoordelijkheid, zonder te proberen een ander de schuld te geven.

Aan de andere kant heb je de onverantwoordelijke en onverschillige mensen, die niet positief herinnerd worden. Je kunt ze geen belangrijke zaken toevertrouwen en moet altijd rekening houden met de mogelijkheid dat ze liegen. Als er iets misgaat, zullen ze altijd proberen iets of iemand anders de schuld te geven. Als ontoerekeningsvatbaarheid ter sprake komt in een bepaalde rechtszaak, wordt dit door de slachtoffers vaak als ongerechtigheid ervaren. We willen dat de schuldige schuldig wordt verklaart, zich ook schuldig voelt en aansprakelijk wordt gesteld. Als de schuldige vrijuit gaat, hebben we vaak hele slechte gevoelens richting die persoon.

Desalniettemin zullen we gevoelens van medelijden krijgen wanneer we ervan overtuigd raken dat de beklaagde de misdaad niet heeft gepleegd uit vrije wil. We zullen er zelfs voor pleiten dat een moordenaar vrijuit gaat, wanneer we bijvoorbeeld horen hoe hij of zij tot wanhoop werd gedreven door het slachtoffer. Zo zien we dat de vrije wil een belangrijke rol speelt in de manier waarop we zaken beoordelen.

De Bijbel over verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en vrije wil

Als ik de Bijbel lees, wordt het me duidelijk dat ook God verantwoordelijke mensen prijst en beloont. Denk aan Juda, die bereid was de plaats van Benjamin in te nemen als slaaf in Egypte (Genesis 44:33). Hij voelde zich verantwoordelijk voor hem, omdat hij zijn vader had beloofd hem terug te brengen naar Kanaän. Juda wordt de voorvader van onze Heer Jezus Christus (Genesis 49:10). Of denk aan David, die zondigde, maar zijn verantwoordelijkheid nam en nederig de straf onderging (1 Samuël 13:14).

Net als ons, keurt God ook onverantwoordelijkheid en onverschilligheid af. Denk aan Ezau die zijn eerstgeboorterecht verkocht voor een bord met linzen (Genesis 25:30-32). God zei naderhand dat Hij Ezau haatte (Maleachi 1:3). Denk ook aan Ananias en Safira, die logen over de prijs van het land dat ze verkochten (Handelingen 5:3-5). We weten allemaal wat er met hen gebeurd is. En wat denk je van Jezus, die telkens de Farizeeën confronteert omdat ze weten hoe ze moeten leven, maar het niet doen.

De Bijbel waarschuwt ons ook. Waarschuwt bijvoorbeeld om Degene die spreekt niet af te wijzen (Hebreeën 12:25). Waarschuwt dat wanneer veel aan je gegeven is, veel van je gevraagd zal worden (Lukas 12:48). Petrus waarschuwt ons ook om de tijd van ons vreemdelingschap (onze tijd op deze aarde) door te brengen in vreze, omdat God ons zal oordelen naar onze werken, zonder aanzien des persoons (1 Petrus 1:17).

De vele waarschuwingen en oproepen in de Bijbel, maken ons duidelijk dat we verantwoordelijk worden gehouden en aansprakelijk worden gesteld. Maar insinueren al deze waarschuwingen ook niet dat we de mogelijkheid hebben om te kiezen? Betekent ‘kiest nu heden’ niet dat we kunnen kiezen? Of betekent ‘kom tot mij’ niet dat we kunnen komen? Sommigen zeggen van niet.

Twijfelen aan onze verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en vrije wil

Ondanks onze natuurlijke waardering voor het nemen van verantwoordelijkheid en de vele Bijbelverzen die ons eraan herinneren het goede te doen en het kwade te laten, zeggen veel Christenen dat de vrije wil niet bestaat. Ze erkennen ons vermogen om te kiezen tussen rijst en aardappels, liegen of de waarheid spreken en trouwen of vrijgezel blijven, maar zeggen tegelijkertijd dat we niets te zeggen hebben over ons eeuwige lot. Velen trekken voor zichzelf de conclusie, dat wanneer we geen vrij wil hebben, we ook niet verantwoordelijk zijn.

De meeste Calvinistische theologen zeggen dat we inderdaad geen vrij wil hebben, maar toch verantwoordelijk en aansprakelijk zijn. Dat is mij vroeger ook geleerd. In de kerk (Gereformeerde Gemeente) leerde ik dat ik verantwoordelijk ben voor mijn zonden en me er terecht schuldig over voel. Maar, tegelijkertijd was ik niet in staat om mijn verantwoordelijkheid te nemen en iets te doen dat mijn staat van zondaar kon veranderen. Ik moest maar gewoon naar de kerk blijven gaan en dan zou ik misschien op een dag gered worden. Gered worden was destijds ook zo’n vage term voor mij. ‘Het’ zou alleen gebeuren, wanneer God dit al had besloten voor de grondlegging der wereld.

Vandaag de dag zijn er duizenden, zo geen miljoenen die verwikkeld zijn in dezelfde strijd als waar ik in was. Ze zijn als verlamde soldaten waarvan verwacht wordt te strijden in een oorlog waarvan ze van tevoren weten die te zullen verliezen. Voel jij je ook zo? Terneergedrukt? Incapabel? Verlamd? Een manier om dit te overleven is door al deze vragen en angsten van je af te zetten. ‘Werk gewoon hard en geniet van de dagen van je jeugd’, was het schijnbaar Bijbelse advies wat ik kreeg. Het werkte niet. Ik zag te veel mensen die medicijnen gebruikte om hun angsten te onderdrukken. Met hun harde werken en vermakelijkheden kregen ze dit niet langer voor elkaar. Omdat ik niet zo wilde eindigen, koos ik ervoor op zoek te gaan naar antwoorden. Ik was bereid om ook de moeilijke te accepteren.

Onderzoek de Schriften, om te zien of het werkelijk zo is

Ik vroeg God wat ik kon doen om gered te worden. Ik vroeg Hem of Hij mij had uitverkoren of niet. En zo ja, waarom niet ieder ander? Maar zo niet, waarom zou ik dan een moeilijk leven moeten leiden om toch te eindigen in de hel? Ik pleitte op de belofte uit Hebreeën 11:6, dat Hij een Beloner is voor wie Hem ernstig zoeken. En vandaag zou ik jou willen oproepen om hetzelfde te doen. Het mogen dan Christenen zijn of zogenaamde Christenen, theologen of kerkvaders, Augustinus of Calvijn, die jou vertellen hoe het zit. Maar onthoud dat zij allemaal mensen zijn van vlees en bloed. Als hij nog in leven zou zijn, zou Paulus de meest invloedrijke van hen allemaal zijn geweest. Toch onderzochten de mensen uit Berea de Schriften dagelijks om te ontdekken of het wel waar was wat hij hen vertelde (Handelingen 17:11). Daarom kwamen velen van hen tot geloof.

Zou jij nu ook niet de Schriften moeten gaan onderzoeken om te ontdekken of het wel waar is wat mensen zeggen? Zou je ook niet moeten bidden en God ernstig moeten zoeken? Stop er alsjeblieft mee te denken dat deze theologen en kerkvaders slimmer zijn dan jou, en het daarom wel bij het juiste eind moeten hebben. Vele theologen en wetenschappers slaan meer dan eens de plank mis. Dankte Jezus zijn Vader niet dat Hij dingen openbaart aan kinderen en niet aan wijzen en verstandigen (Lukas 10:21)? Ga naar Hem toe als een kind. Niet alsof je alles al weet, maar leeg. Leeg maar vol met vragen. Ernstig zoekend naar een eerlijk antwoord.

Onvermijdbare bezwaren

Ik weet het, als je eerder met dit onderwerp bent bezig geweest, heb je nu wellicht allerlei bezwaren. Het grootste bezwaar kan zijn dat een zondig persoon God niet kan en wil zoeken, laat staan ernstig. Paulus zegt inderdaad in Romeinen 8:8 dat we God niet kunnen behagen zolang we nog in het vlees zijn. John Piper (een Amerikaanse Calvinistische theoloog) zegt dat dit betekent dat ‘je niet in staat bent om niet te zondigen’ zolang je niet wederom geboren bent. Dit is wat vele Christenen vandaag de dag geloven. Hun reactie daarop is dat we simpelweg geen keuze hebben. We kunnen niet stoppen met zondigen omdat dit onze natuur is. We doen het onvrijwillig en moeten daarom niet verantwoordelijk worden gehouden.

Johannes Calvijn zou op dit punt tegen hen zeggen dat God alleen goed kan doen, maar dat dit nog steeds Zijn vrije wil is. En dat de duivel alleen kwaad kan doen, maar dit nog steeds vrijwillig doet. En hij gaat verder door te vragen: “kun je beweren dat een mens minder vrijwillig zondigt, omdat hij niet anders kan dan zondigen?” (Calvijns Institutie II.3.5).

Calvijns antwoord klinkt heel intelligent. Maar om eerlijk te zijn verward en verlamd het mij alleen maar meer. John Piper concludeert in een van zijn artikelen (A Beginners Guide to ‘Free Will’) dat “God altijd de eindbeslissing heeft, op zo’n manier dat de keuzevrijheid van de mens echt is en zijn verantwoordelijkheid blijft”. Hij geeft toe dat dit een mysterie is dat velen doet struikelen, maar dat deze ondoorgrondelijke waarheid je niet moet weerhouden van wat de Bijbel leert.

Onderzoek de schriften nogmaals

Nogmaals vraag ik je ernstig de Bijbel te onderzoeken om te weten te komen of dit werkelijk zo is. Kun je echt Paulus woorden ‘…kunnen God niet behagen’ vertalen met ‘niet in staat zijn om niet te zondigen’? Zijn we echt niet capabel om God en Zijn Koninkrijk te zoeken, ook al zegt de Bijbel dat we dat moeten doen (Mattheüs 7:8)? Betekent het feit dat we niets goeds kunnen doen ook dat we het niet kunnen uitroepen naar God? Is het aanraken van de slip van Zijn mantel een goed werk, dat we niet kunnen voortbrengen als zondaren? Of hoe zit het met de deur openen om Jezus binnen te laten (Openbaring 3:20)? Klopt Hij niet vanaf de buitenkant? En als Hij nog buiten is, ben je dan niet nog steeds een zondaar?

Ik vuur gewoon wat vragen op je af om je wakker te schudden. Laat je niet zo gemakkelijk misleiden. Ja, we moeten ons houden aan wat de Bijbel leert, maar wel aan alles daarvan. We kunnen geen verzen weglaten of verdraaien om ons maar te houden aan wat een theoloog of kerkvader zegt. We moeten onderzoeken of de dingen werkelijk zo zijn en net als de mensen van Berea daardoor gaan geloven wat de Bijbel ons zegt.

Ga op een reis om antwoorden te ontvangen van God

Ik hoop dat je met mij (of zonder mij) op reis gaat om antwoorden van God en Zijn Woord te ontvangen. Ik hoop in de komende maanden (of jaren) een aantal artikelen en een klein boekje te schrijven over de vrije wil en uitverkiezing. Alles zal gratis worden gepubliceerd op deze website (bepurified.org). Maar nogmaals, ik ben een mens, toets dus wat ik schrijf om de ontdekken of het Bijbelgetrouw is.

Op mijn reis wil ik graag met je delen wat God me laat zien, of me al heeft laten zien in het verleden. Met ‘laat zien’ bedoel ik dat God me iets duidelijk maakt door Zijn Woord (de Bijbel) en ik dit ben gaan begrijpen. Dit gebeurt soms na gebed, waarin ik God vraag mij de betekenis van een bepaalde tekst te openbaren. Soms gebeurt het direct, soms duurt het jaren. Een andere manier om de betekenis van een tekst te ontdekken is door het in zijn context te lezen en het te vergelijken met andere Bijbelgedeelten. En natuurlijk moeten we deze dingen combineren. Bid, onderzoek en wees geduldig.