Waar ga je naar toe? Het is voor ons een hele normale vraag. Maar zodra we het hebben over de dood en de eeuwigheid, wordt de vraag behoorlijk beladen. Veel mensen praten er liever niet over. Toch is het goed na te denken over de dood en onze eeuwige bestemming. Niemand ontsnapt immers aan de dood. Ook is er niemand die een einde kan maken aan de eeuwigheid.
…want de tijd komt waarin allen die in de graven zijn, Zijn stem zullen horen, en zij zullen eruitgaan: zij die het goede gedaan hebben, tot de opstanding ten leven, maar zij die het kwade gedaan hebben, tot de opstanding der verdoemenis (Johannes 5:28,29).
Twee bestemmingen
Volgens de Bijbel zijn er uiteindelijk maar twee bestemmingen. Twee plekken waar we naar toe kunnen gaan. Die plekken hebben veel verschillende namen, maar die wijzen allemaal naar hetzelfde.
De ene plek is Gods Koninkrijk, ook wel de hemel genoemd. Naar deze plaats wordt ook verwezen als wordt gesproken over eeuwig leven en zalig zijn. Het is de plaats waar God en Jezus wonen, en waar gelovigen verwelkomd worden. Op die plaats is geen verdriet en pijn en zal iedereen voor eeuwig gelukkig zijn. Eeuwig betekent in dit geval zonder einde.
De andere eeuwige bestemming waar mensen naar toe kunnen, wordt meestal de hel genoemd. Ook de hel kent veel verschillende benamingen, zoals: poel van vuur, eeuwig verderf, eeuwige verdoemenis, eeuwige dood, uiterste duisternis enzovoorts.
Hel is in het Nieuwe Testament meestal een vertaling van het woord Gehenna. Gehenna was een angstaanjagende plaats buiten Jeruzalem waar afval werd gedumpt en altijd vuur brandde. Het is dus duidelijk een vergelijking met de plaats waar de ongelovigen heen zullen gaan. Het is een plaats waar gejammer zal zijn en tandengeknars (Mattheüs 22:13).
Je eeuwige bestemming kiezen
De Bijbel maakt ons duidelijk dat alle mensen slecht zijn (Romeinen 3:10-18). Dat klinkt misschien vervelend of ongeloofwaardig maar kijk om je heen… Kijk ook naar jezelf…
We hebben net gelezen dat zij die het kwade doen, na hun dood zullen opstaan om naar de verdoemenis te gaan (Johannes 5:29). We kunnen dus niet anders dan concluderen dat alle mensen op weg zijn naar de hel. Tenzij er redding mogelijk is…
Dank God; gelukkig is er redding mogelijk. Jezus heeft namelijk het volgende gezegd:
Ik ben de Opstanding en het Leven; wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven, en ieder die leeft en in Mij gelooft, zal niet sterven in eeuwigheid (Johannes 11:25-26).
Jezus heeft onze zonden op zich genomen en daarvoor de straf gedragen (1 Petrus 2:24). Hij heeft daarvoor betaald met de dood, maar is na drie dagen weer opgestaan uit het graf. Daarom zegt Hij dat Hij de Opstanding en het Leven is. Hij heeft de weg voor ons vrijgemaakt om toch het eeuwige leven te krijgen en onze eeuwige bestemming te veranderen. Niemand anders heeft dit kunnen doen. Daarom zegt Hij ook:
Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij (Johannes 14:6).
Wanneer je dus je bestemming wilt veranderen, is er geen andere keuze dan in Jezus te geloven. Geloof je in Hem, dan heb je eeuwig leven. Je zult dan voor eeuwig bij God zijn.
Wat is geloven in Jezus?
Het is belangrijk dat we begrijpen wat dit ‘geloven’ inhoudt. In Johannes 3:36 zien we bijvoorbeeld dat wie Jezus niet gehoorzaamt, verloren zal gaan. Daaruit kunnen we al direct opmaken dat geloven en gehoorzamen samen moeten gaan. Als je zegt dat je gelooft, maar je gehoorzaamt niet, ben je een leugenaar (1 Johannes 2:4).
We kunnen dit beter begrijpen wanneer we bij Jezus’ eigen vergelijking blijven. Stel je eens een stad voor, waar maar één weg naar toe leidt. Als je écht in die stad wil komen en je gelooft in die ene weg, dan zal je ook die weg bewandelen. Zo is het ook met Jezus. Hij is de enige weg tot de Vader. Als je dus bij God de Vader wil komen, moet je ‘op’ Jezus wandelen. Dat wil zeggen dat je Hem moet gehoorzamen. Gehoorzaam je Hem niet? Dan wil je óf niet echt bij God komen, óf je gelooft niet in de Weg.
Het begint dus bij ons verlangen naar God (Hebreeën 11:6). Dat verlangen moet je niet verwarren met geloven in Jezus. Alle mensen verlangen wel naar een goede God en eeuwig leven. Er is echter maar één Weg naar die eeuwige bestemming; en dat is Jezus. Geloof je oprecht dat Hij je daar kan brengen, dan zul je Hem ook volgen. Dat volgen gaat gepaard met moeilijkheden (2 Timotheüs 3:12), maar die wegen niet op tegen het heerlijke vooruitzicht van het eeuwige leven met God.
De eeuwige bestemming van gelovigen
Wanneer je verlangt naar God, gelooft in de Weg die Jezus heet, en bereid bent de moeilijkheden te verdragen, dan keer je je af van je oude leven. Je keert je als het ware om op de weg waarop je liep en slaat nu een andere weg in. Dit noem je bekering.
Wanneer je wandelt op die weg, mag je zeggen dat je ‘in’ Christus bent. Je zult groeien en steeds sterker worden. Op die weg, zal je niet meer doen wat jij wil, maar zal je zoeken naar Gods wil. De Bijbel maakt namelijk duidelijk dat wie hun eigen wil doen, verloren zullen gaan:
Die eenieder vergelden zal naar zijn werken, namelijk hun die met volharding het goede doen en heerlijkheid, eer en onvergankelijkheid zoeken: het eeuwige leven. Hun echter die twistziek zijn (of die zichzelf zoeken) en ongehoorzaam aan de waarheid, maar gehoorzaam aan de ongerechtigheid, zal gramschap en toorn vergolden worden (Romeinen 2:6-8).
Ook in Galaten 5 kun je duidelijk lezen wat de gevolgen zijn wanneer je doet wat je zelf wil en wanneer je doet wat God wil. Zolang je nog doet wat je zelf wil, volg je Jezus niet en ben je niet welkom in het Koninkrijk van God (Galaten 5:21). Doe je echter wat God wil, dan zul je rijkelijke toegang krijgen tot dit eeuwige Koninkrijk (2 Petrus 1:11).
Dit is een samenvatting van de Bijbelstudie gehouden te Tamanredjo (Suriname) op 29 april 2023.
Meer weten over een ‘echt geloof’? Lees dan ook: